Klimaat

Klimaat
Door zijn enorme uitgestrektheid bestaat Niger uit verschillende klimaatzones en landschapstypes. Over de zuidelijke regio’s (van 14° tot 16° noorderbreedte) loopt de Sahel-strook. De Sahel is een steppegebied: graslanden dun bezaaid met struikgewas, weinig bomen. Daarboven bevindt zich de Sahara-woestijn, met bergen, en vlakten met duinheuvels.

Het woestijnklimaat maakt Niger tot een van de warmste landen van de wereld. De steeds weerkerende droogtes vormen dan ook het belangrijkste natuurlijke gevaar. In de Sahel-strook is beperkte landbouw mogelijk.Met de zuidwestelijke moesson breekt het regenseizoen of duungu aan. Aan de eerste regens gaan hevige zandstormen vooraf. De hoeveelheid neerslag kan van jaar tot jaar sterk verschillen, net als de periode waarin deze neerslag valt. Tijdens het regenseizoen blijven de temperaturen hoog.

Door de regen kan het gras op de steppe groeien en vormen zich waterpoelen in de lagergelegen gebieden en uitgedroogde rivierbeddingen. Zo beschikken kudde en mens tijdelijk over voldoende water. Deze periode duurt ongeveer drie maanden in de Sahel.

De graslanden in de noordelijke valleien bezitten specifieke minerale zouten die noodzakelijk zijn voor een evenwichtige voeding van de kuddes.

De regens verminderen vanaf de maand oktober. Dit is de start van het droog seizoen dat tot juni duurt. Rond februari waait de warme noordwestenwind uit de woestijngebieden (harmattan) over de steppe. December en januari zijn vooral tijdens de nacht koud: de temperatuur daalt dan tot rond het vriespunt.

Plaats een reactie